DORDRECHT – Door een grote toestroom van leerlingen moest het Stedelijk Dalton Lyceum op zoek naar een nieuwe locatie voor de Internationale Schakelklassen (IKS). Sinds het begin van het nieuwe schooljaar is er gestart in het schoolgebouw aan de Eulerlaan. Hoewel de nieuwe locatie een stuk groter is dan de vorige, is het met de huidige toestroom van asielzoekers nog maar de vraag of ook het nieuwe gebouw niet snel te klein is.

Leerlingen komen uit de wijde regio: van de Drechtsteden tot aan Leerdam. Hoeveel leerlingen de school telt wisselt en kan ieder moment veranderen door een toe- of afname van de stroom asielzoekers naar Nederland. Op dit moment neemt het aantal leerlingen explosief toe door de massale toestroom van asielzoekers. Het aantal aanmeldingen bij de school is groter dan begin dit jaar werd verwacht. Daarom zal ook de school aan de Eulerlaan snel vol zitten en is een uitbreiding van het aantal lokalen, nu zestien, waarschijnlijk, nodig. Door een toename van het aantal leerlingen komt er ook een tekort aan bevoegde docenten. Bovenop de huidige toestroom opent in november ook het asielzoekerscentrum in ’s-Gravendeel weer. Maar het is even afwachten wie daar geplaatst gaan worden. Er zijn vierhonderd plekken, maar komen hier alleenstaande mannen of worden hele gezinnen geplaatst?  Als dat laatste zo is, kunnen we zo 25 extra leerlingen krijgen”, zegt schooldirecteur Jan Vlot.

Veilig

Schooldirecteur Vlot is blij met de nieuwe locatie: “Het is fijn dat we een aparte locatie hebben en het is er rustig.” Twee voorwaarden die helpen bij het creëren van een veilige omgeving.  Iets dat voor deze kinderen heel belangrijk is. In de Internationale Schakelklassen krijgen kinderen van arbeidsmigranten, asielzoekers en huwelijksmigranten les. Vaak spreken ze geen woord Nederlands, kennen de cultuur niet en weten ze niets van Nederland. Aan de docenten van IKS de taak hen zo goed mogelijk voor te bereiden op de doorstroming naar het reguliere voorgezet onderwijs. Vlot: “Dat is niet alleen de Nederlandse taal aanleren. Dat gaat ook om omgangsvormen. Maar in wezen verschillen die over heel de wereld maar in heel kleine dingen.”

Handen en voeten
Op het IKS krijgen kinderen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar les. Allemaal het eerste half jaar in een klas met maximaal twaalf leerlingen om zo uit te vinden op welk niveau ze zitten. Vlot: “We  proberen uit te vinden hoeveel onderwijs ze al in hun eigen taal hebben gehad en hoe intelligent ze eigenlijk zijn.” De leerlingen komen op school terwijl ze nog geen woord Nederlands spreken. Het aanleren van de taal is dan ook prioriteit nummer één. “Het begint meestal met gebaren. En zo ga je steeds verder. Er zijn allerlei methodes om dit goed te doen. Iemand met een taal die dichter bij de onze ligt zal het sneller oppikken dan iemand uit Somalië.” Als na het eerste half jaar duidelijk is welk niveau de leerling heeft wordt deze geplaatst in één van de vier profielgroepen: praktijkonderwijs, VMBO, mavo/havo/vwo of MBO 1-2.  Dan volgen de meeste leerlingen nog zo’n 1,5 tot 2 jaar les bij IKS en stromen daarna door in het reguliere onderwijs. Alle leerlingen volgen een individueel programma. Er is voor docenten vrijwel geen mogelijkheid om klassikaal les te geven, zoals dat in het reguliere onderwijs vaak gebeurt.  Merendeels wordt er door vakdocenten lesgegeven in de Nederlandse taal, daarnaast zijn er ook bijvoorbeeld  lessen wiskunde, muziek, handvaardigheid, lichamelijke opvoeding. Soms ook geschiedenis en aardrijkskunde.

Waardering
Het vergt veel van de (vak)leerkrachten die werkzaam zijn bij IKS.  In de klassen zitten leerlingen die elk op eigen niveau werken, dus de leerkracht moet van alle leerlingen precies weten op welk niveau deze zit. Ook moet de leerkracht taalgebruik aanpassen, maar zo zeggen zowel de schooldirecteur als de docenten: gemotiveerdere leerlingen kun je niet hebben. Docente Elleke van Kruijssen: “Het zijn heel dankbare kinderen die veel waardering voor je hebben.” Docente Charlotte Willems gaat verder: “Nederlandse kinderen worden heel vrij opgevoed. Ze leren om hun mening te geven en kunnen soms een grote mond hebben. Dat is bij deze kinderen veel minder, zij hebben echt respect voor je.” Vooral kinderen van asielzoekers brengen een vervelend verleden met zich mee.  Van Krijssen: “Voor veel kinderen is school dan een plek waar ze zich even op iets anders kunnen concentreren. Bovendien vangen de leerlingen elkaar op, ze helpen elkaar. Iedereen mag hier zichzelf zijn.”